vorige gedicht
volgende gedicht
vorige gedicht
volgende gedicht
Onafscheidelijk wij
De poëzie houdt van me.
We zouden zonder mekaar
analfabeet zijn.
We delen de gedroogde citroenen
druppen het zure in mekaars woorden
drinken de rijmlimonade uit hetzelfde rietje.
De poëzie
mijn grote liefde
die ik ontmoette op de schoolbanken
nog steeds smoorverliefd.
Is de poëzie ooit stil geweest?
Zij springt op gesloten bibliotheken
zij offert zich aan inkt
het beste in mijn leven
hoogste van alle kunst.
Zolang ik de gepaste woorden vind, poëzie
zolang mijn rijm klinkt
zolang mijn inkt drijft op papier
draag jij de titel van mijn hart.
Reacties op ‘Onafscheidelijk wij’
Er zijn nog geen reacties geplaatst bij dit gedicht, een reactie plaatsen kan hieronder!