vorige gedicht
volgende gedicht
vorige gedicht
volgende gedicht
Erg nieuwsgierig was ik wel.
Erg nieuwsgierig was ik wel!
Ik zag toen twee heren.
De ene zat in een stoel,
de andere was aan het ijsberen.
Waarschijnlijk had hij ergens last van
en was hij aan een pijnlijk gevoel
aan het creperen.
Erg nieuwsgierig was ik wel.
De beide heren
waren in een vreemde taal
aan het communiceren.
Aan zijn gezicht kon ik zien:
het zat hem behoorlijk dwars.
In zijn moedertaal aan het vloeken en zeuren
en zo liep hij haast een mars.
Erg nieuwsgierig was ik wel.
Ik zat toen in de wachtkamer
en hoorde zo een half uur lang een verhaal
...
ik kon er geen touw aan vastknopen,
maar het woord aambeien
ja, dat kennen we allemaal.
Reacties op ‘Erg nieuwsgierig was ik wel.’
Er zijn nog geen reacties geplaatst bij dit gedicht, een reactie plaatsen kan hieronder!