Ik ben je zeer nabij
Ik ben een mens; ik woon binnen geschreven woorden.
De letters van het alfabeth zijn mij tot steun.
Ik leg mijn hoofd te rusten in het Woord
analyserend, de geïnspireerde woorden.
De woorden kun je gaan benoemen.
Bijvoorbeeld, zeg: "nabijheid".
En troostend komt Hij naderbij.
"Ik ben je zeer nabij", zegt Hij.
"Ik ben je zeer nabij", zegt Hij.
Ik leg de woorden koest'rend aan mijn hart.
Ik ben nabij; Hij is nabij.
Nabijheid, één en al.
Dan volgt: geloof.
Ik leer het woord benoemen.
Ik geloof, jij gelooft.
En dan vooral: Hij gelooft in mij.
Nou zit ik luist'rend aan Zijn voeten.
't Is middernacht; m'n vrouw ligt aan m'n zij.
De schrijfstift in mijn rechterhand.
En spel het woord "nabijheid" en "geloof".
Reacties op ‘Ik ben je zeer nabij’
Er zijn nog geen reacties geplaatst bij dit gedicht, een reactie plaatsen kan hieronder!