De Eenhoorn, de Sater en het Herderinnetje
Door het witte licht gaat op dunne poten het fabeldier
dat sullig niet ziet de bokpotige zwarte sater
die met rode ogen loert naar zijn lillend vlees, het water
welt de sar in de bek uit elke speekselklier.
Het bladerdek kraakt open als hij zich voorwaarts stort
springt naar zijn verbaasd staand middagmaal,
glijdt uit en schreeuwt wat ongepaste taal
als de eenhoorn hem daarna vragend in de ribben port
Ruikt die plots niet de zwoele dampen van een meisje?
Paniek! IJlt hij herwaarts door het arcadische lover
En derwaarts, waar is zij, de nimf of maagd vol warme tover
Snuivend en speurend, naarstig, kan niet wachten
zwelt zijn passie op haar schoot glazig te gaan smachten
En kijk, daar gaat zijn herderinnetje, zij zingt een vrolijk wijsje
Guido van Geel
Ingezonden door
Geplaatst op
13-03-2014
Over dit gedicht
'Ik krijg er een punthoofd van', zei de tovenaar en zette er een hoed overheen.
Geef uw waardering
Op basis van 7 stemmen krijgt dit gedicht 3 van de 5 sterren.Social Media
Tags
Fabel GuidovangeelReacties op ‘De Eenhoorn, de Sater en het Herderinnetje’
-
Wat een heerlijkheid schotel jij ons allen toch weer voor met al je gedichten,rijmen,proza noem het zoals je noemen wil,. ware kunstwerkjes (en) Ik houd ervan,,Dus uhm ik zou zeggen Vooral zo doorgaan,. al lijkt er absoluut nooit geen rem te bestaan in that beautiful mind of yours
SylverRoses - 25-02-2020 om 19:20