De telganger

Uit, ‘Het absurdistisch universum’

de mist hangt slaperig op de gebergten
waar de vileine draak zijn baten telt
in de zeer complexe getallen van zijn jaren
ver te boven waar de limiet eens spleet

verschijnt de nacht met de saxofonist
die zijn weemoed door de dalen roept
in zijn zeer geperste lippen diep verzonken
en ontwaakt het gedrocht uit de arglist

en niets ontkomt zijn priemende pupillen
uit de vuren van de verlaten smidse
ooit gestolen waar de titaan de hamer sloeg
dan de toon op steen die het goud doet trillen.

Guido van Geel

© Copyright guido

Ingezonden door

guido

Geplaatst op

16-11-2016

Over dit gedicht

‘De toekomst is in nevelen gehuld’, zei de automobilist en volgde de achterlichten.

Tags

Eenzaamheid Goud Guidovangeel