Voorheen de stad
Uit, ‘Het geriatrisch testament’
Ik ging de trappen op om de stad te zien
de wenteltrap draaide schier eindeloos
zijn cirkels om telkens de gewelven te passeren
tot ik kwam achter laatste balustrade
de stad stak uit de ochtendrook omhoog
al was het een kolengestookte verzameling
fabrieken met arbeiders om vroeg te sterven
op het sein van voorbij de allang gefloten tijd
met de schimmen verdween de herinnering
en raasde het verkeer als altijd op dit uur
dat de kindskinderen zich naar de file spoeden
keerde ik op mijn treden om me daar te voegen.
Guido van Geel
© Copyright guido
Ingezonden door
guido
Geplaatst op
14-12-2016
Over dit gedicht
‘Niemand wil het zijn en iedereen wil het worden’, zei de sollicitant en rustte op zijn rollator