Waarom het begon

Uit 'Het absurdistisch universum'

Alsmaar vragen en steeds herhalend almaar vragend
liep hij van landschap naar landschap alsmaar door
hoger op van plateau naar plateau van vlakte na vlakte
stijgend dan weer dalend altijd de vragen achterna
liep hij tegen de wind tegen het zand strijdend door.

Stond hij voor het dal met het meer in de hitte
geen antwoord in de verste verte was daar te zien
daalde hij af over stenen gruis en de rotsen
zonder leven naar alleen de ruïne die daar stond
liep hij door de kamers de zalen en de gangen neer.

daalde hij de trappen af kelder na kelder na kelder
daar op de laatste tree zat wat restte van de vraag
in het zout gehuld tot witte kant ineen gedroogd
het antwoord herhalend herhalend heen en weer
boven het water waarin één klein kreeftje zwom.

Guido van Geel

© Copyright guido

Ingezonden door

guido

Geplaatst op

29-07-2019

Over dit gedicht

'Veertig dagen en veertig nachten', zei hij niets en de woestijn bleef zwijgen.

Tags

Debijloop Guidovangeel Woestijn