De duiven en de haviken

Een stel vredesduiven boven in de bomen
deed daar niets dan alsmaar knokken,
al riep men:’Hou op, of moeten we boven komen’
even stil, het leek of zij ervan schrokken

maar meteen daarop begon het gedonder weer.
De vredesboodschappers dachten niet aan stoppen,
als kijvende viswijven gingen zij te keer,
het was gewoon ordinair daar in de toppen.

Van alle kanten riep men op tot vrede,
maar deze specialisten hadden zo hun eigen kijk,
veren vlogen in het rond met een goede reden,
want overleg zet geen zoden aan de dijk.

‘Wie de vrede wil, bereidt zich op de oorlog voor’
klonk in ieder laatavondprogram in koor
met de haviken want die lachten in hun klauwen
het geweld zou hun nog het laatst berouwen.

Guido van Geel

© Copyright guido

Ingezonden door

guido

Geplaatst op

07-09-2014

Over dit gedicht

'aanvallen', zei de soldaat en pakte zijn mes en vork.

Tags

Dierengedicht Fabel Guidovangeel