EEN DICHTER IN DE ACHTERHOEK

EEN DICHTER IN DE ACHTERHOEK

Een dichter in de Achterhoek
Zocht in zijn huis in elke hoek
En slaakte toen een ferme vloek
Zijn rijmwoordenboek was zoek!

De dichter klaagde steen en been:
“Waar moet het met mijn dichten heen?
Zonder mijn boek ben ik onthand
En dicht ik als een oude krant!

Helaas was hij zijn boek dus kwijt
Hij knarsetandde van de spijt
Maar voelde zich toch wel verplicht
Tot het maken van een gedicht

Hij sprak dan ook: “Vooruit, Komaan
Ook zonder boek moet het toch gaan!”
En met een ietwat wrange grijns
Verzonk hij in diep gepeins

Ten slotte zei hij energiek:
Wat rijmt er toch op romantiek?
En na een uur, om half acht
Had hij een paar woorden bedacht:

“Dierenkliniek en galsteenkoliek
Raadselrubriek en Neogotiek
Peristaltiek en kruisbasiliek
Ouwelullenmuziek en zijportiek

Batiktechniek en automatiek
Sovjetrepubliek en zuurkoolkliek
Machinefabriek en acrobatiek
Sigarenfabriek en jazzgymnastiek”


Hij bekeek zijn bedenksels van achter naar voren
Maar geen er van kon hem bijzonder bekoren
De dichter zei: “Wat een afschuwelijke troep
Het lijkt wel poëtische erwtensoep!”

Gelukkig vond hij toen zijn woordenboek terug
Daarna ging het dichten weer soepel en vlug:
Hij dichtte: "Lang leve de romantiek,
Want de romantiek, die is magnifiek!”