De leegte

De leegte sleepte Ann mee.
Mee naar waar ze het niet kende.
Voor haar het onbekende.
Het onbekende waar ze niks herkende.
Geen legende die ze kende.
Ze kende alleen ellende en ellende kende haar.
Geluk het onbekende.
Ongekende wegen nam ze .
Links,rechts,rechtdoor maar niet achteruit.
Achteruit was haar verleden.
Ze wou leven in het heden.
Geluk was de straatnaam, de hoofdbaan.
De zijstraat rechts was vriendschap.
De zijstraat links was blijdschap.
De straat met een verbodsbord was het verleden.
Ze heeft op de rotonde een weg ingeslagen die ze anders nooit nam.
Ze reed altijd hetzelfde rondje.
Die ene straat van verdriet,angst,ongeluk reed ze in.
De volgende afslagen zag ze niet tot wanneer de leegte haar meesleepte...
één jaar nadien had ze een bord gezet waar omleiding opstond.
Om andere mensen de weg te wijzen naar die ene straat die ook nog bestaat.
Maar niet altijd gezien werd.