spijt zal je hebben
Met rode ogen in de spiegel starend
naar mijn lippen die vloeken in stilte.
Zoals jij schold, velen woorden,die mijn ogen deed overspoelen,met een zoute oceaan tranen.
(Ik haat je)
Vuile woorden uit jouw mond,creëerden
een wolk onzekerheidvol onweer boven mijn hoofd.
Kinder’n.
Grijnzend, nastarend.
Niks dat ik deed was goed.
Je ruïneerde mijn vleugels,
mijn ontsnapping vande vreselijke harde aard.
Dat deed je alleen om mij
te horen smeken, huilen..
Schreeuwen.
Wurgen wil ik je,
jij..
Met je verrotte harten dat grote waanvuur
van dikke arrogante
om je heen.
(Je bent niet perfect meid)
Mijn handen gaan omhoog,
in een poging deo te spuiten.
In jouw ogen,
om af te zijnvan jou en alle narigheid.
Het helpt niet noch wel,
ze gaan naar mijn keel.
Mijn handen, geen controle.
Om mijn lippen speelt eeneigenaardig glimlachje.
Mijn ogen, een blik.
Die zegt dat alles goed is,beter zal zijn.
Bij nu.
Zal niet meer eenzaam zijn,
zoals de lantaarnpaal
op de hoek van de straat,
van wie als enige zijn lampje
niet branden wou.
Spijt zal je hebben.
Jullie allemaal.
Reacties op ‘spijt zal je hebben’
Er zijn nog geen reacties geplaatst bij dit gedicht, een reactie plaatsen kan hieronder!