vorige gedicht
volgende gedicht
vorige gedicht
volgende gedicht
Graven
De koude, gladde stenen liggen in rijen naast elkaar
ongeïnteresseerd in mij,
of in mijn leed
Haar steen is wit en haar naam lijkt te glanzen
in het maanlicht
Lijken mijn tranen en
de sporen op mijn gezicht zilver
Wijzend op innerlijke pijn
zichtbaar aan de buitenkant
Een snik en een schreeuw
weergalmend tussen de stille doden
En mijn verdriet lijkt aan te zwellen
helemaal tot in de verstikkende duisternis
Misschien als ik lang genoeg wacht
dat ze dan komt
En het mes van mijn snijdende verdriet
bot maakt
Reacties op ‘Graven’
Er zijn nog geen reacties geplaatst bij dit gedicht, een reactie plaatsen kan hieronder!