Motorrijders, luister
Er is een moment waarop alle hoop vervliegt, waarop elk gevoel van trots, elke verwachting, elk geloof, elk verlangen verdwijnt.
Het is het moment waarop ik het geluid hoor,...
Het geluid van een geest die breekt.
Het is geen luid kraken zoals wanneer botten breken.
Het is ook niet iets zachts en nats zoals een gebroken hart.
Het is een geluid dat maakt dat je je afvraagt hoeveel pijn men iemand kan aandoen.
Een geluid dat zelfs de aller sterkste wil breekt en het verleden in het heden doet weg lekken.
Een geluid zo hoog dat alleen de hellehonden het kunnen horen.
Hoor je het al?
Er ligt iemand tot een balletje opgerold zachtjes te huilen in een nacht zonder einde.
Hoor!
Luister!
Loop niet weg,...
Durf de hellehonden te aanschouwen, verdrijf het duister en laat hoop bloeien met het geluid van brullende motoren.
Poets het chroom, laad de zadeltassen vol met liefde.
Vul de tank, start de motor en rijd!
Rij dwars door de nacht, door weer en wind.
Rij tot het einde der dagen en kom terug met een gekoesterd kind.
Reacties op ‘Motorrijders, luister’
Er zijn nog geen reacties geplaatst bij dit gedicht, een reactie plaatsen kan hieronder!