vorige gedicht
volgende gedicht
vorige gedicht
volgende gedicht
Winter
Zachtjes dwarrelt het naar benee, wit, koud zonder mededogen.
's Nachts, als we vertrokken zijn,rijp in de bomen, witte rokken,
grijs en doods, vingers grijpen met een ijzig vermogen
omhoog naar kale witte takken, met poeder overtrokken.
Stil, waant men zich mijlenver weg, geen zucht geen kreet.
Vriespunt, gewonnen van mildheid, in strijd verloren en behept.
Een tijd die vergankelijk is, alle kou, ijzige wind, een kleed
van wit, de winter is stil, grijs, prachtig mooi en ongerept.
Ingezonden door
Geplaatst op
27-10-2010
Geef uw waardering
Op basis van 4 stemmen krijgt dit gedicht 3 van de 5 sterren.Social Media
Tags
Kerstsfeer WintersfeerReacties op ‘Winter’
Er zijn nog geen reacties geplaatst bij dit gedicht, een reactie plaatsen kan hieronder!