Kooitje In M’n Hart

Kooitje In M’n Hart

Ik heb een kooitje in m’n hart, vol met vlindertjes.
Met alle kleuren van de regenboog.
Keurig wachtend zitten zij achter het deurtje,
om toch eindelijk een keer vrij gelaten te worden.
Vol verwachting wachten zij op die jongen die de passende sleutel zal hebben,
zodat zij vrij rond kunnen fladderen.

En toen, op een avond, schonk jij me een lieve lach,
een lach die recht m’n hart in ging.
Een lach die de tralies van het kooitje lieten rammelen door de opgeschudde vlinders.
De vlindertjes begonnen wild te worden door nog een hartverwarmende glimlach.
Ze stuurden me je kant op.
Al snel bleek jij die sleutel te bezitten,
de sleutel die de dolgelukkige vlindertjes bevrijdde,
waardoor zij met hun vreugde mijn hele buik door fladderden.
De vlindertjes, die nu nog steeds dat geluk laten rond fladderen, verspreiden in mijn hele lichaam,
bij elke glimlach die je me schenkt.