1001 Gedichten

Tjitske Jansen is vooral bekend van de verschillende festivals waar ze heeft opgetreden. Ze maakte haar entree in de Slam-wereld in Amsterdam en deed dit in 2001. Ze maakte haar debuut met ‘Het moest maar eens gaan sneeuwen’ in 2003 en slaagde erin om hier 12.500 exemplaren van te verkopen. Daarnaast schrijft ze onder andere voor kindervoorstellingen en is ze bekend van de workshops die ze geeft. Ze zorgt er daarnaast zowel als dichter als acteur voor dat ze flink aan de weg timmert. In 2007 ontving ze de Koerikoeloem voor haar tweede bundel en in 2009 kreeg ze de Anna Bijns Prijs.

Jeugd en de liefde

Veel van de gedichten die Tjitske Jansen schrijft gaan over de jeugd en de liefde. Vaak is het de humor die een belangrijke rol speelt, al schrijft ze ook regelmatig vanuit de ogen van een kind. Ze kijkt naar het leven zoals een kind dat ervaart, bijvoorbeeld door te schrijven over jongens met prachtige kledingstukken, maar aan de andere kant ook over de buurvrouw die met een gieter achter de vader des huizen aanrent. Beel lezers waarderen vooral de realistische manier van dichten in het werk van Tjitske Jansen.

Puberaal of kinderlijk

Zelf gaf Tjitske Jansen ooit aan de gedichten die ze schrijft kinderlijk of puberaal te vinden. Ze heeft het regelmatig over sprookjesfiguren als vrouw Holle en een draak, maar spreek aan de andere kant ook van helden als Zorro. In 2007 verkoos Tjitske Jansen een Boeddhistisch klooster in Schotland tot haar uitvalsbasis, waaruit ze in 2010 weer terugkeerde. Momenteel woont ze weer in Nederland. Ze is te bewonderen met optredens op basis van nieuw materiaal, waardoor Tjitske Jansen weer helemaal terug lijkt en ze de weg omhoog opnieuw lijkt te zijn ingeslagen.